Spelen en leren
De begeleiders zijn erg betrokken, het is belangrijk dat hij of zij het kind de ruimte geeft om het zelf te onderzoeken. Het kind wordt gemotiveerd om te willen spelen en leren. De begeleider stimuleert het kind om niet meteen vragen te stellen maar het eerst zelf te proberen. Het is belangrijk dat de begeleiders het kind de ruimte geven om zich individueel te ontwikkelen. Autonomie is namelijk van groot belang om het kind te laten groeien. Het spelen moet als een levensechte opvoeding overkomen, dus als ouders speel je samen met je kind, zo kun je als begeleider ook samen met het kind spelen. De begeleiders proberen de kinderen ook uit te dagen en om vragen te stellen, zo gaan kinderen op onderzoek uit en leren ze ook iets uit het spel. Kinderen houden van materiaal met veelzijdige gebruiksmogelijkheden, dingen met variabelen en combinatiemogelijkheden. Zo leren kinderen experimenteren en het uitproberen, ze worden hierdoor meer gestimuleerd en geboeid om een spel of werkje af te maken. Ook worden kinderen gestimuleerd door buitenspel, zo zijn zand en water materialen waar kinderen veel kanten mee uitkunnen. Kinderen houden er ook van om materiaal fijn en klein te maken, hierbij kun je denken aan het klein maken van takjes of het klein maken van groenten om samen met de begeleiders soep te maken.